DE GROTE RONDE

Daar staat hij dan.
Op de voorplecht van de sloep.
Oren in de wind.
Voorpoten iets hoger dan de achterpoten.
De snuit iets omhoog.
Zo kijkt hij de Amstel af.
Als een Amstel-parodie op die fameuze Titanic-scene.

Toen ik deze scene op pagina 65 van ‘De grote ronde’ las zag ik het voor mij. De boot vaart van links naar rechts en de hond geniet van zijn positie. Op het omslag vaart de boot echter van rechts naar links, op weg naar de rug en dan de bocht om naar de achterzijde van het omslag.

De schrijver Thomas Rosenboom woont aan de Oudezijds Voorburgwal in het hart van de stad Amsterdam. Na allerlei tussenwegen is hij hier terecht gekomen vanuit die andere oude stad, Nijmegen. In Amsterdam heeft hij gestudeerd, is hij werkloos geweest, heeft hij geschreven. Dagelijks maakt hij zijn ronde door de stad als opmaat voor de rest van de dag. Eerst 1.5 – 2 uur wandelen en dan aan de slag.

Aan de binnenkant van de voorzijde van de omslag staat zijn eigen route uitgetekend. Van huis uit gaat in een bijna rechte lijn naar het IJ. Daar geniet hij van de weidsheid van het water. Hij kan daar met de rug naar de stad gaan staan. De wereld aan de overzijde van het IJ is een andere wereld. dan een lange tocht langs de Prinsengracht (met een omwegggetje om het Anne Frankhuis en de drukte daar te vermijden), langs de Amstel en weer naar huis. In de loop der jaren is zijn wandeling langer geworden.
Op zijn korte route kwam hij niet langs de sterk veranderde noordkant van het Centraal Station. Daar is de situatie en uitstraling veranderd van sjofel naar sjiek. Gelukkig kwam hij eerst langs de voorzijde van het Centraal Station. Hij kwam daar ook langs het Victoriahotel, toen hij daar een toevallige ontmoeting had met iemand die hem wees op die twee oude huisjes die als het ware ingebouwd zijn in het hotel. Die ontmoeting en die opmerking over die huisjes waren de aanleiding voor zijn succesvolle boek ‘Publieke Werken’. Tijdens zijn wandeling denkt hij na over de teksten waar hij thuis aan werkt.
Op zijn grote ronde ziet hij vaste ijkpunten. De zwanen die niet kunnen wegvliegen, meerkoeten die proberen te overleven, een lezende man in beperkte hoeveelheid kleding. Hij mijmert over de ondankbare wijze waarop hij is omgegaan met zijn docenten en ouders. Hij denkt over het onderscheid tussen lopen (met doel) en wandelen (zonder doel), maar dat vond ik geen heldere denkexercitie.
De grote ronde is een werkvoorbereiding voor een dag van binnen zitten, stil zitten op een stoel. De dag is goed beginnen. Er is iets gedaan door Thomas. Er kan van alles nog misgaan, maar helemaal mis kan de dag niet meer zijn. Het kan niet meer een ondergang in het water van de Amstel zijn.

Thomas Rosenboom
De grote ronde
– een wandeling –
Uitgeverij Van Oorschot 2020
serie Terloops
deel drie
ISBN 9789028220027