Wat doe ik wanneer ik na lange tijd weer eens een lange reis met de trein ga maken? Een lange heenreis naar Delfzijl en na mijn wandeling langs verdwenen dorpen een lange thuisreis vanaf Delfzijl? Dan neem ik in mijn rugzak dit dikke boek (bijna 500 pagina’s) mee dat Wim Huijser heeft samengesteld.
Ik neem aan dat Wim jazzmuziek opzette en toen een duik heeft genomen in zijn uitgebreide boekenkast en flarden van literatuur heeft doorgenomen. Op zoek naar episodes van wandelen. Uit vroegere tijden en meer hedendaagse tijden. Keurig gerangschikt. Hij kwam natuurlijk al snel terecht bij J.J. Voskuil over wie hij eerder dit jaar publiceerde. John Jansen van Galen is ook een bekende wandelaar. Gerard van Westerloo, de voetreiziger, komt ook aanlopen. Gerrit Jan Zwier komt meerdere malen voorbijlopen. Simon Vestdijk had tussen het schrijven door zowaar nog tijd om de kuierlatten te nemen. Theo Thijssen laat Kees de jongen wandelen langs de grachten achter zijn geheime liefde aan. Geert Mak wandelt in Jorwerd. Jacob van Lennep komt zelfs viermaal voorbij in verschillende delen van het land en in een geheel andere tijd. Het was de zomer van 1823. Caspar loopt ook door de pagina s heen. Carry van Bruggen heeft een droevig verhaal over de teloorgang van het joodse leven dat zij kende uit haar Zaanse jeugd.
Ik zou nog even door kunnen gaan met het opnoemen van predikanten en biologen, journalisten en schrijvers, uit de 19e eeuw en de 20ste eeuw en onze huidige eeuw. Van noord naar zuid en van oost naar west lopen zij door Nederland. Zij kennen hun grenzen. Wim Huijser heeft de wandelingen en voetstappen keurig gerangschikt per provincie. Hier merk ik bij op dat de provincie Gelderland een bijzondere behandeling krijgt, want de Veluwe is opgenomen tussen alle provincies als een apart hoofdstuk. De provincies worden vooraf gegaan door algemene teksten over wandelen, waaronder een interview met Rob Wolfs, routemaker uit Dieren (op de Veluwe).
Mijn treinreis bleek uitermate geschikt voor het lezen van al die korte gedeelten. Even lezen, dan door de ruit naar buiten kijken en staren en de nevels over de weilanden zien hangen en verder met het volgende station en met de volgende episode. In het ene landschap kom ik het andere landschap tegen. In de teksten lees ik over allerhande gewassen waar de wandelaars van vroeger langs zijn gekomen. Zie ik nu meer eentonigheid in het landschap, meer monocultuur? Wat is er bijgekomen aan infrastructuur? Wat is er verdwenen aan landschap en aan zandwegen?
Deze bloemlezing draagt de titel ‘Hier loop ik dan’, de ondertitel rept van ‘wandelliteratuur’. Zou er dan toch geen onderscheid zijn tussen ‘wandelen’ en ‘lopen’ ?
Het laatste verhaal in de bundel is een niet eerder gepubliceerd verhaal van Wim Huijser zelf. Het is een idee voor de uitgever om eens te kijken of hij daar meer van op de plank heeft liggen en dat te publiceren.
Deze bloemlezing is niet alleen geschikt voor een treinreis, ook zijn de fragmenten goed voor een busreis. Daarnaast is het goed reizen met deze bundel vanuit de luie stoel, wanneer de wind om het huis giert en de regen tegen de ramen klettert, want de kleuren op het omslag doen mij denken aan de herfst. Een prachtig wandelseizoen.

Wim Huijser (samensteller)
Het mooiste uit de Nederlandse wandelliteratuur
uitgeverij Rainbow 2021
ISBN 9789041714107
Dit boek ontving ik van de uitgeverij voor een recensie op mijn wandelwebsite.