In de serie ‘de mooiste netwerkwandelingen’ van Uitgeverij Elmar verscheen in 2021 een deeltje over ‘De Achterhoek & De Liemers’. Tijd om de IJssel en de Oude IJssel over te steken. Hieronder een verslag van Wandeling 5 uit deze wandelgids.

Dat Erve Brooks bij het dorp Gelselaar ligt was mij niet bekend. De naam Erve Brooks kende ik wel, al decennialang. Het beeld dat bij mij opkomt bij het horen van deze naam is een beeld van grote bekendheid in het oosten van het land en busladingen ouderen die een bezoekje brengen en een panne(n)koek eten en na een dag op deze Saksische boerderij tevreden huiswaarts keren. Mijn moeder kwam er regelmatig wanneer zij met anderen op pad was. Ik kan mij niet heugen dat ik er eerder ben geweest. Bij mijn eerste stappen op het Erve moet ik mijn beeld drastisch bijstellen. Ik struikel bijna over al die kinderen in de leeftijd van de bassischool die hier rondrennen en zich prima vermaken, al dan niet met behulp van een panne(n)koek. Er is grote drukte met jonge gezinnen, soms in bijzijn van opa en/of oma. Tussen al die lachende en rennende kinderen en opa’s door zoek ik naar de uitgang.

Dat deze wandeling iets met klompen heeft te maken is niet vreemd. Bij de start van deze plattelandswandeling kom ik al snel (na het oversteken van de weg) uit bij een informatiebord over het plaatselijke klompenpad. Eerst ga ik door een uitgestrekte akker, waar al een voorzichtig spoor is getrokken in het groen. In deze contreien is een vereniging bezig die zich inzet voor agrarisch natuurbeheer. Dat een agrarier zich inzet voor natuurbeheer is blijkbaar niet vanzelfsprekend, ook rond Gelselaar niet. Vlakbij een Hessenhut (met informatie over de omgeving en over de Hessen en hun wegen en hutten) kom ik een bordje tegen waarop de fietsers aangeraden wordt om af te stappen wegens een naderend veerooster. Geen fietser die afstapt. Er is een kerurig spoor links van het veerooster ontstaan. Het veerooster ligt dan ook niet ingeklemd tussen hekken. Van vee geen enkel spoor. Wel van het rooster. Fietser komen hier in grote getale langs, op weg naar de Schipbeek of er vandaan. Die Schipbeek heeft een spannend verleden. Deze waterweg was van groot handelsbelang voor Deventer en het water was van groot belang voor de agrariërs. Allerlei plannen werden bedacht die voor alle belanghebbenden gunstig waren, de plannen werden weggeveegd, en opnieuw ingediend, maar dan net anders en op tafel gelegd. Uiteindelijk werd er gewerkt met een plan dat oorspronkelijk van de tekentafel van ir. Lely kwam. De fietsers steken de Schipbeek over, maar ik volg het water over het schouwpad, wel zo rustig. Bij Oude Sluis sla ik af naar het zuiden en loop door agrarisch land. Achter de plaatselijke Gelselaarse begraafplaats kom ik in het dorp. Het ganzendorp, want Gelselaar heeft een innige band met de gans. In oude tijden hielden boeren veel ganzen, die dan door één van de dochters werden gehoed. De ganzen hadden geen probleem met de natte omgeving van Gelselaar. Daar komt bij dat ganzen multifunctioneel zijn. Vlees, eieren, dons en een uitstekende waakfunctie. Ganzen laten zich meteen horen wanneer een vreemde dichtbij komt. Er staat in het dorp een standbeeld van drie ganzen, maar dat heb ik pas in de gaten wanneer ik er al voorbij ben. Ik heb het beeld wel gezien, maar de afbeelding niet herkend als ganzen. Ik loop terug voor een foto. Wanneer ik naar de kerk loop kom ik over een smal pad, achter de heg zitten meerdere witte ganzen die meteen lawaai maken wanneer ik langskom.

Het standbeeld voor de gans staat niet in het centrum van het dorp. Daar in het centrum staat een oud kerkgebouw. Er zijn veel oudere kerkgebouwen, want deze dateert uit de eerste helft van de 19e eeuw toen de staat een innige relatie had met de Hervormde Kerk (nu opgegaan in de PKN). Dit kerkgebouw is een zogenaamde Waterstaatskerk. Er worden nog steeds kerkdiensten in dit gebouw gehouden, maar niet meer iedere week. Dit vanwegen een fusie van meerder gemeenten in de omgeving. Rond de kerk staan in een vierkant meerdere oudere boerderijen. De voorzijde is gericht op het kerkgebouw, aan de achterzijde is de stalruimte. Eén van deze voormalige boerderijen wordt momenteel gerestaureerd. In één van de muren in een gebouw rondom het kerkgebouw is nog te zien dat hier een postkantoortje was, zichtbaar aan twee gleuven in de muur. De linkergleuf is bestemd voor Brieven. De rechtergleuf is bestemd voor Drukwerk. Dit centrum is een prachtig bewaard gebleven deel van het dorp.
Vanuit het centrum naar de terreinen van de Eerste Gelselaarse VoetbalVereniging (EGVV). Mijn route loopt tussen twee velden door. Ik verwacht hierna bij de Tweede Gelselaarse VoetbalVereniging uit te komen, maar dat is niet het geval. Voorlopig blijft het mij een raadsel waar die Tweede Vereniging is. Over de Slaapdijk kom ik uit aan de achterzijde van Erve Brooks, hier aangeduid met een bord waarop staat: “Erve Brooks Niehof. Ook hier een terras en museum en spelende kinderen. Een pad tussen de weilanden door verbindt het ene Erve met het andere Erve. Nog steeds zijn er veel spelende kinderen, een opa verstopt zich voor zijn kleindochter. Hij is gauw gevonden, zo hoort het ook. Je laat je kleindochter niet een halve middag naar haar opa zoeken.
Zonder klompen heb ik deze wandeling gelopen, op de grens van Gelderland en Overijssel. Droog vertrokken en droog aangekomen.
Gelselaar – Op klompen bij Gelselaar – 9 kilometer