
De Veluwe heeft een natuurcentrum. Deze staat in de gemeente Ede, even ten noorden van de weg tussen Ede en Arnhem. Ik vermoed dat op zonnige dagen het hier druk is op dit tijdstip, maar nu is het rustig. Het natuurcentrum ligt op een steenworp afstand van de Ginkelse Heide. De Ginkelse Heide is een nu een grote stille heide maar in de jaren 1914-1918 was het een drukke heide, want hier was een vluchtelingenkamp voor Belgen die hun vader- en moederland waren ontvlucht. Op een zwerfsteen (hoe toepasselijk) is een bordje vastgemaakt met summiere gegevens. Zo summier dat er zelfs een raadselachtig “V.O.E.” deel uitmaakt van de tekst. Gaat het om ‘Vluchteling Opvang Ede’. Ik weet het niet. Het monument ligt net niet op de route van het Kreelsepad, maar een klein aanlooppad brengt mij er naar toe. Ik ga terug naar de route via “Bob’s boulevard“. Zou Bob een Belgische vluchteling zijn geweest? Of een parachutist uit de dagen van september 1944 toen zij hier met honderden in de buurt naar beneden kwamen?

Ik verlaat de historische omweg en loop verder over het fietspad dwars over de heide. Aan mijn rechterhand ligt een breed zandpad opzichtig versierd met grote plassen regenwater. Twee legertrucks komen mij achterop rijden over het zandpad. Achter in de eerste truck zitten militairen in vol ornaat. In zo’n voertuig heb ik ook wel eens gezeten, op weg naar een schietoefening. Mijn Uzi bij de hand.
In de buurt van de Kreel liggen meerdere plassen, niet van regenwater (dat zal echter wel een beetje helpen), maar het ligt aan het grondwaterpeil. Wanneer het water heel hoog komt te staan door extreme regenval, zou het water weg kunnen stromen via de Molenbeek. Enige tijd geleden liep ik door het dal van de Molenbeek aan de zuidkant van de doorgaande weg. Het was een dal met een pad. Hoelang zal het geleden zijn dat hier water stroomde?

Van het gebied met de waterplassen ga ik naar het noorden en ik betreed Planken Wambuis, aan de rand van het Mosselsche Veld. Ik beklim de Valenberg, waar een uitkijktoren staat met mooie vergezichten. Het is hier 51 meter boven zeepeil. Op een bord staat aangegeven welke kant je moet uitkijken wil je bijvoorbeeld Radio Kootwijk zien. Ik zie noch Kootwijk noch de Radio. Maar wat ik wel zie bevalt mij wel. Even verderop ga ik het gebied van de Valenberg in via zeer modderige sporen veroorzaakt door bosbouwverkeer. Bomen worden omgezaagd om meer ruimte te krijgen voor heideontwikkeling. Een deel van de bomen wordt weggevoerd. Andere bomen blijven liggen. Bij nog weer andere bomen wordt de bast verwijderd. Een ander aspect van het ondersteunen van de natuurlijke ontwikkelingen is het strooien van kalk over diverse terreinen. Een helicopter doet dit werk. De hele tocht hoor ik dan ook het gezoem van dit luchtvoertuig. Soms zijn delen van een gebied afgesloten voor wandelaars en fietsers. Je zult maar een kalkaanval over je heen krijgen.
Dan kom ik bij Mossel. Ik kom er tegelijk aan met de herder en zijn honden. Hij haalt de schapen, die zijn gelegerd op Mosselsche Legerveld, op voor een ommetje. Eerst het ene hek open en daar gaat de kudde door. De schapen hebben mij in de gaten, soort ziet soort, en blijven ver van de heining. Dan gaat het eerste hek dicht en het tweede hek open. De honden rennen met georganiseerde bewegingen rond de kudde om de schapen de juiste richting op te bewegen. Dat gaat de beide honden goed af.

Ik ga op een picknickbank zitten voor een picknick. De schapen gaan het bos in. Op dat moment gaat er een ander hek open en komen twee dames met twee paarden door het hek. Eén dame te voet, de andere jongedame te paard. Zo gebeurt er altijd wat in Mossel. De plaatselijke theeschenkerij heeft een open raam en de tekst ‘to go’. Dit is een oud-Veluwse (met name van de midden Veluwe) uitdrukking met meerdere betekenislagen. Tegenwoordig zou je het met een drieslag kunnen zeggen: ‘betalen, vastpakken, wegwezen’.

Vanuit Mossel ga ik verder en kom langs een grafheuvel. Eén van de vele grafheuvels in dit gebied. In de buurt van de plas Heidebloem ga ik over de statige en kleurrijke Heidebloem Allee. Wandelen op stand. Een enkele wandelaar kom ik in deze omgeving tegen.
Via het Eikenbosch een een vakantieparkje kom ik terugt bij het Natuurcentrum. De wind is opgestoken, een ouder fietsechtpaar wacht even met opstappen om een windval te voorkomen.
Tijdens vorige wandelingen in dit gebied heb ik wild gezien (zwijnen en reeën), blijkbaar houden deze beesten zich nu beter aan de 1.5 kilometer regel.
Klompenpad Kreelsepad – 14 kilometer