Het is nog rustig in de straten van Tiel wanneer ik het station verlaat en op weg ga naar de Waal waar de veerpont mij naar de overzijde van het hoge water zal brengen. Het water heeft het hoogste punt al weer gehad en pontbaas Teunis vertelt mij dat hij weer op de gewone steigers kan vertrekken en aankomen. Ik ben de enige passagier die de oversteek vanaf Tiel naar Wamel waag, en dat voor de fraaie afgeronde prijs van €1.05. Aan de overzijde van het water is meer belangstelling voor de pont. Scholieren staan klaar om de overtocht te beginnen. Ik loop de dijk op naar Wamel, ik kijk om en zie aan de overkant de stad van Flipje liggen en de schepen die de Waal op en af varen. De dijk langs de Waal zal vandaag een trouwe metgezel zijn. Eerst aan de zuidelijke oever, maar al snel zal ik naar de noordelijke oever verhuizen

Die verhuizing gaat niet met een pontje, maar via de lange en hoge Prins Willem-Alexanderbrug. De combinatie van hoge en/of lange bruggen en Willem is geen gelukkige combinatie. Voordat ik de brug op ga let ik al op mijn ademhaling. Rustig inademen, rustig uitademen. Op de brug raast het verkeer op de N323 mij voorbij. Gelukkig zit er wel een vangrail tussen het snelverkeer en mij. Ik loop zo ver mogelijk verwijderd van het hekwerk langs het fietspad. Tijdens mijn tocht van bijna anderhalve kilometer op de brug ontmoet ik fietser noch wandelaar. Aan de overzijde ga ik de Waalbandijk op in oostelijke richting. De hoofdroute loopt over de Heersweg door de uiterwaarden tot IJzendoorn, Maar deze weg is onbegaanbaar voor een voetganger, daarom blijf ik op de dijk. Ik kom in IJzendoorn, de tweede keer in mijn leven. Even voorbij IJzendoorn kan ik wel de uiterwaarden in want het grootste deel van het pad is droog. Het pad loopt langs de overnachtingshaven, waar momenteel één vrachtschip ligt te overnachten.
Ik merk dat de dijk populair is bij hondenuitlaters. Vaak is één hond vergezeld door twee mensen. Dan kom ik in Ochten. Dit is een dorp dat duidelijk thuis hoort op de Bijbelgordel van ons land. De SGP kent hier een grote aanhang. Bij Ochten gaat de hoofdroute weer door de uiterwaarden. Op het punt waar de route de uiterwaarden ingaat loopt een vrouw met twee honden, andere honden maken kabaal in het busje dat zij op de dijk heeft geparkeerd. Een andere vrouw komt er aan in wandelpas met bijpassende schoenen. Ik vraag haar hoe de stand van het pad door de uiterwaarden is. Aan het begin ziet het er goed uit. De dame kan echter geen garantie geven voor het restant van de ruim drie kilometer die het pad telt. Ik besluit om de Waalbandijk te volgen. Bij het andere begin van het pad staat een bord met de titel HOOGWATER.
Vijfentwintig jaar geleden was er ook hoogwater, hoger dan het nu is. In de jaren sinds 1995 is er veel werk verzet om de rivier meer ruimte te geven bij hoge waterstanden. Aan de top van de paal in de uiterwaard is te zien hoe hoog het water stond op
Het volgende plaatsje aan de dijk is Dodewaard. Ook hier een fraai oud kerkje aan de dijk. Bij IJzendoorn was dat het geval en even later is Hien ook aan de beurt met een kerk aan de dijk. In dit dorp maakt de route nog een leuke weg door Dodewaard en dan weer naar de dijk te gaan. Ik tref op een T-splitsing vier bankjes aan. Ik kies er één uit die zonovergoten is en neem een pauze. Ik trek wel bekijks van de plaatselijke bevolking. Het is natuurlijk ook vreemd: iemand die op een bankje in de zon zit. Via de kerk van Hien ga ik landinwaarts. Afscheid van de Waalbandijk. Ik kom door fruitgebied en langs de wegen tref ik fraaie oude huizen. Het leven is hier goed, zo te zien.
Ik steek de A15 en de Betuwelijn over. Op de A15 is meer verkeer dan op de Betuwelijn. Even later steek nog een spoorlijn over, ditmaal is de oversteek gelijkvloers. Hier is het station Hemmen-Dodewaard. Ik kom hier op het terrein van het particuliere landgoed Hemmen.
De route voert door dorp Hemmen, met een intiem centrum en dan door het parklandschap met een kasteelplantentuin en een klassieke ruïne. En dan langs de Linge waar een passant op sommige dagen pannenkoeken kan kopen en op eten, maar eerst kom ik nog langs een oud washuisje, dat nu een overnachtingsplek is, zonder elektriciteit , maar met een toilet buiten en een bedstee binnen. Een unieke plek.
Even verderop kom ik een andere wandelaar tegen. Een jongedame met een zeer grote rugzak op. We groeten elkaar in het voorbijgaan.
Ben je door Hemmen heen, dan ben je al bijna in Zetten. Deze plaats doet mij altijd denken aan Ottho Gerhard Heldring, die in de negentiende eeuw hier is begonnen met opvang van meisjes, die hulp nodig hadden. Heldring was toen predikant in Hemmen. Nog steeds wordt er in Zetten hulp geboden aan jongeren, jongens en meiden.
Een andere predikant die blijvend aan Zetten is verbonden is Frederik Philip Louis Constant van Lingen, die in Zetten het eerste christelijke gymnasium van Nederland begon (1864). Later werd hij één van de grondleggers van de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Theologische School (nu: Theologische Universiteit Apeldoorn). Ds. van Lingen werd in Zetten bevestigd tot predikant door zijn collega Heldring uit Hemmen. In Zetten is een protestants-christelijke bassischool genoemd naar ds. van Lingen.
Van Zetten, vol met historie, is het een korte wandeling naar het fraaie stationsgebouw van station Zetten/Andelst.
Het is een mooie tocht van Tiel naar Zetten/Andelst, met de bijzonderheid van het hoge water en de mooie dorpjes langs de Waal en in de binnenlanden van de Betuwe.
Grote Rivierenpad – Tiel naar Zetten/Andelst – 35 kilometer