In de serie ‘de mooiste netwerkwandelingen’ van Uitgeverij Elmar verscheen in 2021 een deeltje over ‘Sallandse Heuvelrug & IJsselvallei’. Tijd om de IJssel over te steken. Hieronder een verslag van Wandeling 12 uit deze wandelgids.

Middenin het dorp Lemele staat de Ichthuskerk, de toren wijst de weg in het dorp. Het is stil in het dorp op deze warmer wordende ochtend. Bij het tegenover gelegen café De Driesprong (tegenwoordig kun je er zelf vier sprongen maken) staat het bord met het beginpunt van mijn route. P70 heet het hier, geheel op prozaïsche wijze. Ik steek nog een weg over en sla de Korteveldsweg in. Aan de overzijde van de weg komen kinderen aan die naar de basisschool gaan die ook de naam Ichthus draagt. Een jongetje stapt uit een auto en loopt naar het schoolplein. Hij draagt een voetbalshirt met achterop de naam ‘Messi’. Zou die andere Messi ook met de auto naar zijn basisschool in Argentinië zijn gebracht?
Ik sla de Ledeboerweg in. Ledeboer is een bekende naam uit de kerkgeschiedenis van de 19e eeuw. Hij verzette zich hevig tegen het zingen van gezangen in de kerk. Het verhaal gaat dat hij een gezangenbundel in zijn voortuin verbrandde om zijn verzet kenbaar te maken. Zijn aanhangers werden Ledeboerianen genoemd. Maar misschien is de straatnaam wel een verwijzing naar die andere Ledeboer, Abraham Ledeboer die een firmant was bij de textielfirma Van Heek. Daarmee blijven we in de buurt. Nadat ik de Kerkweg (ja, die komt inderdaad uit bij die kerk) kan ik beginnen aan de bestijging van de eerste berg op deze route. Ik wandel op de Sallandse Heuvelrug en dat zal ik weten ook. Hier zit ik al gauw op de hoogte van 60 meter. In de bossen van de Lemelerberg (een Natura2000-gebied) zijn op dit moment weinig wandelaars te bekennen. Ik daal af naar een gebied met ravijnen. Eerst passeer ik het Klein Ravijn (excuses aan de aandachtige lezer, maar deze zag ik over het hoofd), daarna tref ik het Groot Ravijn. Wanneer een toevallige passant mij had gezegd dat dit het Klein Ravijn is, had ik het onmiddelijk geloofd.

Dan komt de hoogste klim van deze wandeling. Ik ga de Archemerberg op. Met 77.9 meter verheven boven het NAP biedt deze heuvel mooie vergezichten tot ver buiten de heuvelrug. De berg steekt eenzaam boven de omgeving uit. Ik vraag mij af of deze berg in de loop der jaren kleiner wordt door alle wandelaars die deze piek op hun wandelingen overgaan en zorgen voor slijtage. Bovenop ontmoet ik een bepakte wandelaar. Een flinke rugzak op. Ik loop hier over een trajekt van het Pieterpad. Bij mijn afdaling kom ik drie mannen tegen, allen voorzien van een flinke rugzak. Dat is weer eens wat anders dan wandelaars met een flinke hond

Na mijn afdaling van de Archemerberg kom ik op een breed pad. Daar tref ik een volgende wandelaar op mijn pad., Wij groeten elkaar en raken aan de praat. De jongeman is vorige week vertrokken uit Pieterburen en hij doet dit voor het eerst. Hij heeft een paar weken de tijd om op de Sint Pieterberg ten zuiden van Maastrciht aan te komen. Het is nu al een leerzame tocht voor hem. Hij is er achtergekomen dat zijn wandelschoenen niet waterdicht zijn, wanneer je de hele dag in de regen wandelt zoals vorige week gebeurde, dan merk je dat wel. De tent die hij met zich meedraagtt weegt drie kilo. Het is dezelfde tent die hij ook meenam op zijn motor. Al met al weegt zijn bagage (inclusief zijn twee wandelstokken) 14 kilo. Onderweg kwam hij een wandelaar tegen met 6 kilo bagage. Ik krijg de indruk dat het een zware tocht (inclusief blaren) voor hem is, maar hij geeft mij ook de indruk dat hij niet van plan is om op te geven. Al was het maar om zichzelf te bewijzen dat hij dit kan. Wij wensen elkaar een goede wandeling en ieder gaat verder.
Onderaan de berg, op een kruispunt van paden staat een groot wentelwiel waar ik aan draai om water in de drinkbak te laten stromen. Zo hebben de dieren uit de buurt ook wat te drinken. Een bordje wijst er op dat de takken in de trog moeten blijven liggen, dan kunnen de vogels ook drinken.
Wanneer ik om de flanken van de Stapelberg ben gelopen begin ik de tocht naar het zuiden, terug naar Lemele. De route voert mij door de bossen, hier kom ik nauwelijks een wandelaar tegen. Over de Blikweg wandel ik op de grens van het bosgebied. De Öldersweg brengt mij door een akkerbouwgebied, waar naast de snijmais gelukkig ook nog andere gewassen groeien. Zo beland ik op de Kerkweg, die mij naar het beginpunt brengt waar een paar vrouwen op het terras uitbundig lachen. Dan ben ik bij de kerk. De klok luidt. Uur na uur wordt weggetikt met een iel geluid.
Lemele – Sallandse Jeneverbessenbergen – 11 kilometer
Tja, ik begin te beseffen dat ik met mijn rugzak van 12,5 kg (voor 3 dagen) misschien ook te zwaar beladen was (= inclusief 2 l water en mondvoorraad)…
LikeLike
Dat is inderdaad een flinke rugzak.
LikeLike