Groene Wissel 331 – Woudenberg

Er is weinig berg in Woudenberg.

Er is veel woud in Woudenberg en dat is voornamelijk te danken aan de familie De Beaufort, die vele jaren geleden is neergestreken in de buurt van de Utrechtse Heuvelrug. De aanwezigheid van deze familie is vastgelegd in landgoederen zoals Den Treek Henschoten en landgoed De Boom. Verder zijn er vele straten vernoemd naar leden van dit geslacht dat vele burgemeesters heeft opgeleverd. Maar laat ik bij het begin beginnen.

In het midden van het dorp staat de dorpskerk, daar ga ik naar toe. Voor mij rijst de kerk op, achter mij staat een gebouw waar allerhande kerkelijke activiteiten plaats vinden, maar waar ook, in betere tijden, het zangkoor Jubilate Deo repeteert. Een schilder schildert een raamkozijn. Verder is het stil. Ik kan op pad gaan. Al snel loop ik langs de Grift en ga daarna op weg naar het landgoed Den Treek Henschoten. De rust en stilte nemen steeds sterkere vormen aan. Ik loop alleen op paden waar ik eerder heb gelopen en paden die nieuw voor mij zijn. Maar is een pad niet altijd nieuw, want elke dag is een pad anders. In elk seizoen is een pad anders. Een wandelaar loopt nooit tweemaal over hetzelfde pad. Een pad wordt gehinderd door omgevallen bomen, maar inn de loop der tijden en der wandelaars is een nieuw pad ontstaan dat listig langs alle hindernissen leidt. Via de Akkersteeg, langs akkers, kom ik terug bij de Grift. Op de steeg kom ik meerdere mensen tegen, een fietser, een hondenuitlater, een passant.

De Grift brengt mij naar een brug die rood is geverfd. Opvallend genoeg wordt deze brug de Rode Brug genoemd. Hoe komt een naamgever er op. Wat is een bosgebied tegenwoordig zonder paaqrden, meestal zijn aan de randen paardenstallen en paardenbakken te vinden. Op het landgoed zijn vele ruiterpaden. Wanneer je de juiste vergunning hebt mag je hier met een viervoeter galopperen. De drie dames (elk voorzien van een ros) die mij tegemoet stappen zijn zo te zien nog niet toe aan een flinke galop. Het gaat in alle rust. Passend bij het landschap. Aan het einde van de Vieweg steek ik de drukke weg tussen Amersfoort en Woudenberg over. Dan kom ik aan bij het volgende landgoed: De Boom. In het imposante huis woonde ooit een ongetrouwde vrouwelijke telg van De Beaufort. Zij liet een stichting na waar het huis en het grote landgoed (met vele boerderijen) bij hoort. Voor de wandelaar zijn dergelijke landgoederen een uitkomst.

Aan het einde van het pad dat slingert over het landgoed kom ik uit bij het tracé van de voormalige spoorlijn van Amersfoort naar Kesteren. Er zijn geen bielzen meer. Er zijn geen rails meer. Er rest een spoor in het landschap. Alleen op het traject tussen Amersfoort en Leusden Zuid wordt er getreind. Treinen volgeladen met auto’s, een bekend gezicht voor elke Leusdenaar. Soms staat er iemand op die van mening is dat de oude spoorlijn in ere moet worden hersteld, maar tot nu toe zijn alm deze mensen weer gaan zitten.

Op het oude tracé staat een monument, niet ter nagedachtenis van de trein, maar van een neergestort vliegtuig, dat de tweede wereldoorlog niet overleefde. Uit de wolken kwam het op 3 februari 1943 naar beneden, met bemanning en al. Alle 8 bemanningsleden kwamen om, drie uit het Verenigd Koninkrijk en 5 uit Canada. Omgekomen in “Foreign Fields”.

Links en rechts van het tracé zie ik bordjes van landgoed De Boom staan. Mensen zijn van harte welkom, honden (mits aangelijnd) ook. In de nabije verte zie ik een man lopen met twee boxer honden, niet aangelijnd. Eén hond loopt dicht bij de man, de andere hond is druk bezig om de restanten van zijn voedsel te deponeren in de berm. ‘Pluto, kom hier’, roept de man. Maar Pluto doet alsof er niets wordt gezegd. Hij gaat onverstoorbaar door met zijn noodzakelijke arbeid. Nogmaals roept de baas zijn hond bij de naam. Pluto gaat onverstoorbaar voort. Dan wordt mijn aandacht voor deze twee honden afgeleid, want op een zijpad zie ik een ree staan, heel stil, en nu ik ook: heel stil. Ik sta stil en kijk. Ik zie twee loslopende honden en een stilstaande ree. De ree blijft rustig staan en kijkt om zich heen. Ik kan een foto’s maken. De ree poseert gewillig. Dan komt voorzichtig de eerste stap en dan nog een stap. De man probeert nog steeds zijn hond tot de orde te roepen. Nog een paar stappen en de ree stapt de begroeiing aan de overkant van het pad binnen en verdwijnt uit beeld. Even verderop verdwijnen man en honden in een smal zijpad in tegenovergestelde richting. De vrede is nog steeds getekend, maar voor hoe lang?

Waar een oud spoorhuis staat verlaat ik het tracé em kom ik uiteindelijk uit op Ekris. Daar staat nog steeds de oude ingang naar de ridderhofstede Groenewege. In totaal heeft Woudenberg 5 kastelen gekend. Deze ridderhofstede werd gebouwd in de eerste helft van de vijftiende eeuw. Al in 1938 werd het afgebroken. Een roemloos einde. Wat rest is deze oude poort en een oud huis.

Van Ekris ga ik een bosgebied van Landgoed Geerestein in, terwijl ik wordt achtervolgd door een man met een loslopende hond. Blijkbaar zijn Woudenbergers ongebonden mensen, wanneer ik hun relatie met de hond bezie. Zo ga ik terug naar waar ik ben begonnen, bij de Dorpskerk, waar de schilder een pauze heeft in zijn bestelbusje. Hij trekt aan zijn pijp, een ouderwetse ambachtsman.

Groene Wissel 331 Woudenberg – 15 kilometer

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.