
Zullen we bij Neerrijnen gaan wandelen, vraagt mijn wandelmaat Henk.
Neerrijnen?
Ik denk niet dat ik daar al eens heb gewandeld.
Voor de zekerheid kijk ik nog even op mijn website en toetst Neerrijnen in bij de Zoekfunctie.
Geen resultaat.
Dan gaan we daar wandelen op het bijpassende Klompenpad.
Wanneer we van de Kaalakkerstraat de Van Pallandtweg opdraaien begint mijn herinnering te werken. Hier ben ik eerder geweest. Met Wandellief. We waren hier voor een Gelderse kastelenwandeling. Ik herken het Stroomhuis, de monumentale hervormde kerk (met de gelige uitstraling) en dan de ophaalbrug en het kasteel en het koetshuis. En dan rijden we rechtsaf, nog net voor de ophaalbrug, naar de besloten parkeerplaats. Wandellief en ik wandelden in één wandeling naar kasteel Neerrijnen en naar kasteel Waardenburg. Toen deden we dat nog. Het Klompenpad Ynenpad kent een opvallende toevoeging: Tijdelijke route 1. Dat hier sprake is van een tijdelijke route wordt ons duidelijk tijdens de wandeling. We gaan op pad en het zal blijken dat de route die wij nemen nog tijdelijker is dan de Tijdelijke Route 1. Maar dat mag de pret niet drukken.
We maken eerst een rondje rond het kasteel en het koetshuis. We blijven netjes aan de buitenzijde van de gracht. Het optrekje dat er nu staat en wordt gebruikt als kantoor (?) dateert uit 1720. Maar uiteraard heeft ook deze plek oudere papieren en daarvoor gaan we, zij het kort, terug naar de 14e eeuw. Toen stond hier een ander huis met een andere naam: Huis Klingelenburg. Nu naar de 19e eeuw want toen kwam kasteel Neerrijnen en ook kasteel Waardenburg in handen van een andere eigenaar: de familie Van Pallandt (u weet wel van die bekende zanger Frederik van Pallandt en zijn eveneens zingende vrouw Nina). De laatste Van Pallandt hier, een freule, overleed in 1971. Wanneer wij ons rondje hebben gemaakt en we met onze rug naar de ophaalbrug staan zien wij een lange rechte lijn voor ons die aan het einde omhoog gaat.

We besluiten om die lange rechte streep te volgen die doorgaat tot de Waalbandijk. Dat laatste verklaart het omhooggaande restant van de rechte lijn. Vlakbij de verhoging in het landschap zien we op de Waalbandijk machines in de weer en wij besluiten om links af te slaan. Zo houden wij de dijk aan onze rechterhanden. Aan het einde van het linkafslaan komen we uit op de Voorstraat. We gaan rechts af want daar gaat de lus op de route naar toe. We komen op de Waalbandijk, na metalen hekken te zijn gepasseerd. Boven op de weg slagen wij er in om een illegale oversteek te maken (onder toezicht van een toegeknepen linkeroogje, het kan ook een rechteroogje geweest.) en komen in de uiterwaarden waar de route loopt. We lopen door tot de zandstranden van de Waal die hier rustig voortkabbelt. Een enkel vrachtschip gaat voorbij. Het is niet druk op het water. We keren terug op onze schreden en lopen de Voorstraat op, dan rechts de Van Pallandtweg op, langs de Freule van Pallandtschool. Even verderop is een onverhard wandelpad langs de verharde weg aangelegd. Aan het einde van de weg gaan we links de Repelsestraat op. Op de hoek staat een groot huis. Leeg. Er worden volgens een bordje walnoten angeboden, maar er is geen walnoot te zien. Een bordje kondigt aan dat we op een bankje mogen plaatsnemen, maar het bankje staat achter het gesloten hek. Staat dit huis in de stille verkoop? We slaan af naar De Donkerestraat, maar dat valt in de praktijk erg mee. Niet dat de zon nu plots doorbreekt, maar er is nog voldoende licht om onze weg te vervolgen zonder hulpmiddelen. Aan onze rechterhand wordt van alles gekweekt, twee vrouwen met hond komen ons tegemoet. Er gebeurt hier van alles. Via de Estse Omloop (het is niet duidelijk of dit iets te maken heeft met Estland) gaan we de Slotstraat op, maar we zijn nog lang niet aan het einde van onze wandeling. We maken een rondje om de Algemene Begraafplaats van Opijnen, inclusief een rommelhoek die doet denken aan een kleine voormalige stortplaats. Aan de voet van de Hervormde Kerk van Opijnen vragen wij aan een toevallige passante naar de horecagelegenheid die zich in brood schijnt te specialiseren. Met een lichte tongval verklaart zij dat de gelegenheid elk moment open kan zijn of gaan. Wij vervolgen onze weg over de Stoepstraat en komen zowaar uit waar wij wilden uitkomen. Het eetcafé is geopend. De stamtafel bij de toog is geheel bezet. In een hoek zit een man alleen aan een tafeltje. Bij het raam zitten twee mensen die een rugzak op de grond hebben liggen. Ik zie een routeboekje van een LAW. Het blijkt dat zij het Maarten van Rossumpad bewandelen. Zij zijn nu bezig met de derde dag van een driedaagse vanaf ’s Hertogenbosch. Wij bestellen drinken en elk een boerenomelet. Dat zal een goede bodem leggen voor het vervolg van de wandeling. Wie weet wat ons nog te wachten staat op het vervolg van de Tijdelijke Route 1.

Het stel vertrekt en gaat misschien in Varik weer aan de koffie. Zij hebben geen haast. Twee werklieden nemen hun plaats in achter een groot bord patat met een broodje kroket. Voordat wij vertrekken zijn zij al weer weg met achterlating van twee lege borden, afgezien van een dikke klodder mayonaise. Een wandelaar komt binnen. Hij gaat zitten met de rug naar ons toe. Het zal niet persoonlijk zijn bedoeld. Dit eetcafé is een goede plek voor wandelaars. Door de ramen aan de voorzijde hebben wij zicht op vrachtwagens en allerhande machines die werken met behulp van mensen aan de Waalbandijk. Verhoging, versterking en verbreding. Hier zijn de werkers nog wel een paar jaar bezig tot aan Tiel. Na betaling van het juiste bedrag stappen wij op. We kunnen niet over de dijk lopen, dus kiezen wij voor de Stoepstraat, waar nog steeds een grasmachine een oorverdovend lawaai maakt. Het geluid hadden we al eerder gehoord. De maaier ging uit om te maaien en heeft oorkleppen op. Zo komt hij de dag wel door. We gaan de Zandstraat op en vergeten om snel af te slaan naar de Pastoriestraat. Ter hoogte van de Nieuwe Stoep krijgen wij door dat we de route hebben verlaten. Nu kunnen we de Zandstraat van een andere kant bekijken. De Pastoriestraat wordt steeds meer een enge weg, die uitkomt bij de dijk, waar een wandelpad omhoog gaat. Even opletten voor de vele uitwerpselen. We steken de zich vernieuwende dijk schuin over, dalen af over een oude trap en komen terecht bij een kunstwerk uit het tijdperk van de steigerbouw. Mede dankzij een trapkleed kunnen we de trap op, hoog boven de werkweg oversteken en dan weer afdalen naar de begane grond. Hoge hekken begrenzen een smal pad dat ons in de uiterwaarden brengt. Op één van de stranden nemen we plaats en eten nog wat (ja, een mens wordt hongerig van wandelen) en bekijken het passerende scheepsverkeer. Achter ons grazen paarden. We kunnen een mooie lus maken door de uiterwaarden, met behulp van een paar bruggetjes. Hier lopen niet alleen paarden, maar ook koeien met een krullekop. We komen terug op de steigerbrug en lopen het dorp Opijnen weer in. Bij het grote kruispunt besluiten we om over de Repensestraat verder te gaan. Er is niet veel ruimte voor wandelaars, maar de automobilisten houden wel rekening met ons. We komen terug bij de Van Pallandtweg en gaan hier richting de dorpskern. Het dorp telt trouwens nog geen 500 inwoners. De weg is inmiddels deels afgesloten. Een grote wegwerkerscombinatie stopt op de smalle weg en de chauffeur groet ons. Hij heeft ons eerder op de dag zien wandelen. Het is niet onopgemerkt gebleven. Bij het kasteel maken we nog een ommetje door het bosperceel en langs de gracht.
Wanneer we Neerrijnen verlaten komen we langs het Stroomhuis, maar dat is gesloten.
Dan maar ergens anders naar toe voor een afdronk.

Neerrijnen
Klompenpad
Ynenpad
14 kilometer
Ontdek meer van Willems Wonderlijke Wandelingen
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.