Wilde Zwijnenroute

Het transferium aan de zuidkant van station Nunspeet is bijna geheel verlaten. Een vrouw komt aanrijden op haar fiets en stopt en bestudeert haar telefoon. De glazen vitrine van een kunstproject is geheel leeg. Een man stapt uit zijn auto en loopt met tas en al naar het Bezoekerscentrum. Het is negen uur en tijd om op pad te gaan. Op het laatste moment heb ik mijn wandelplan veranderd. Het gevolg is dat ik nu een fietsroute ga wandelen, dat schijnt te kunnen. Of het andersom ook kan waag ik te betwijfelen. De titel van de route is Wilde Zwijnenroute . Dat belooft veel. In de tekst bij deze route wordt geschreven over de schemering , maar die is al voorbij en moet nog komen.
Eerst maar eens de A28 oversteken. Het is rustig op de Vennenweg, de bladeren knisperen herfstachtig onder mijn schoenen. Bij het Zwarte Veldje (herfstkleuren zijn hier nog niet doorgedrongen) ga ik rechtsaf en kom achter de camping (pardon, vakantiepark) De Tol uit uit op de Mythsteelaan om even verderop over te gaan op het Eibertjespad, dat ook deelt in de vooruitgang van de betonnenplatenondergrond. Eibertje, een vrouw uit Vierhouten, liep rond 1850 wekelijks van Vierhouten naar de markt in Nunspeet. Daar verkocht zij haar eieren. Door deze wekelijkse tocht ontstond een pad (zonder betonplaten) dwars door de bossen. Nu loop ik in haar spoor door de stille bossen met een enkel huis dichtbij of verweg en kom ik uit in Vierhouten, waar toerisme een belangrijke bron van inkomen is, gezien de aanwezige horeca. Achter de ramen van De Malle Jan zie ik grijze hoofden bezig met het ontbijt. Ik neem aan dat al deze mensen voorafgaande aan het ontbijt al een stevige wandeling door de bossen hebben gemaakt zodat zij temidden van brood en kaas en warme thee en havermoutpap kunnen verhalen van de wilde zwijnen en de ranke reeën en de grote geweien van de edelherten. Kijk, die man met baard en stok en rugzak die daar aan de overkant van de weg loopt, is veel te laat op pad!
Ik verlaat Vierhouten over de Tongerenseweg. Tegenover het oorlogsmonument in de berm zie ik verse wroetsporen van zwijnen (hoe wild deze zwijnen zijn kan ik aan de hand van het gewroet niet beoordelen), een paar meter later zie ik sporen van reeën die de weg over zijn gestoken. Zij gaan van rechts naar links. Andere wroetsporen die ik tegenkom zijn van oudere datum.Op de kruising van de Tongerenseweg met de ‘Pas-Opweg, bij het huis genaamd Pas Op ga ik rechtsaf. Bij de ingang van het Verscholen Dorp staan bankjes die mij uitnodigen. Ik heb zelfs keus. Ik ga voor de uitgebreide picknickbank. In het Verscholen Dorp verbleven tijdens de Tweede Wereldoorlog mensen die zich verscholen hielden voor de Duitsers. Er waren joden bij en verzetsstrijders. In kleine onderkomens half onder de grond vebleven zij daar vele maanden. Bij de banken staat een groot informatiebord, daartegenover staat een gedenksteen. Bij het pad dat de bezoeker op weg helpt naar het dorp staat ook een groot bord. Een man en een vrouw komen aanfietsen, zij zien de informatie op het ene bord, fietsen naar het andere bord, kijken rond en rond, komen terug fietsen. Vlak voor mijn bank en tafel stopt de man en vraagt: Weet u waar het Verscholen Dorp is? Hier achter mij is het Dorp. Hier kunt u te voet het pad volgen en dan goed om u heen kijken. De man besluit om het bredere pad even verderop te volgen. Zijn vrouw volgt op gepaste afstand. Na twee boterhammen komen beiden terug. De vrouw fietst naar het grote infobord. De man stopt bij mijn tafel en zegt: Het is indrukwekkend. en voegt zich bij zijn vrouw en leest wederom de tekst.

Ik kom bij het Greveld, met een mooi heidegebied. Langs de bosrand zie ik een witte bestelbus staan met een fiets achterop. Die blijkt van de herder te zijn, want in de verte zie ik een kudde wit scharrelen op de heide. Langs de weg is een klein afgerasterd gebied met waterbakken. Ik kijk zorgvuldig om mij heen, maar ik zie boze wolf noch Hans noch Grietje. Wel zie ik steeds meer fietsers met ondersteuning. Nog een paar jaar en dan loop ik op electrische schoenen om sneller overal langs heen te kunnen lopen. Bij een terras kan ik dan mijn schoenen opladen. Voorlopig kan ik alleen terugvallen op mijn houten wandelstok ter ondersteuning. Het Van Manenspad, met een scherpe bocht, brengt mij tussen de Tongerense Heide en het Smitsveen. Ook dit is een prachtig en rustig gebied. Zonder wandelaars, want die gaan natuurlijk niet over een fietspad lopen. En nog steeds geen zwijn gezien. Aan het einde van deze weg ligt een parkeerplaats met twintig geparkeerde auto’s. Wat een belangstelling voor de bossen en de heide. De deur van de voormalige Le Chevalierschool in Tongeren staat wagenwijd open. Ik zie volwassenen binnen. Elke volwassene heeft een hoepel in de uitgestrekte armen. Met hun handen draaien zij de hoepel om. Eén keer. Twee keer. Drie keer. Een fascinerend gezicht. Hier wordt op niveau gehoepeld. Even verderop wil ik het fietspad naast de Korrenbergweg op gaan, maar ik wordt aangesproken door een dame die niet kan kiezen tussen dit pad of de Le Chevalierlaan. Loopt u de rode route? vraagt zij mij, terwijl haar wandelgenote aan de overkant van de weg geboeid toekijkt. Nee, ik loop de zwarte route. flap ik er uit. Het is een route met rode paaltjes. probeert zij nog, maar ik weet van niets. Het is hier een prachtig wandelgebied …. (zij knikt instemmend) .. om te verdwalen. (zij knikt iets minder instemmend) en dan zegt zij lachend met haar hand omhoog: Ik heb mijn telefoon bij mij. Met een gerust hart loop ik verder, langs het oude huis Korrenberg, door de bossen van Landgoed Welna en langs enkele huizen kom ik uit bij de Gortelseweg en een slagboom en een fietspad.

Langs de kant van het pad zoek ik een vlak stukje grond om te gaan zitten. Ik heb er inmiddels 20 kilometer opzitten. Twee bestelbusjes komen van achter de slagboom tevoorschijn en gaan over het fietspad. Op de tweede bus staat een logo van huskies. Gelukkig hoeven deze honden de busjes niet voort te trekken. Even later komen twee paarden aangereden. De man passeert mij stilzwijgend, maar praat wel tegen zijn paard. De amazone op het tweede paard vraagt mij in het voorbijgaan vanuit de hoogte: Bent u jager? en zij knikt naar mijn stok die tussen mij en mijn rugzak ligt. Oh, nee, ik zie het al. Het is track and trace . Zij gaat verder, achter de man aan. Ik blijf achter in verwarring en kijk nog eens naar mijn stok. Over landgoed Welna kom ik op het kruispunt bij het huis Pas Op. Nu vervolg ik mijn weg naar het noorden en ik ontmoet vele fietsers. Ik oefen hardop met het groeten in allerlei toonaarden en variaties. Deze weg is lang en recht en voorzien van vele grote bomen in kleurenpracht. Veel blad is al gevallen maar er kan nog meer bij. Ritselend ga ik verder, soms op het fietspad, soms door de brede berm. Tussen alle bospracht is daar ineens de Waschkolk. Her en der staan bankjes om te genieten van het water en de heide en de rust. Door het Margarethabosch kom ik uit bij de snelweg, een tunnel maakt het mij gemakkelijk om de overzijde te bereiken waar de Zandenplas ligt. Stil en verlaten. Langs de snelweg (met het bijbehorende geluid) ga ik verder, langs weilanden waar mensen met stokken tegen een wit balletje aan slaan en dan weer snel achter het balletje aan lopen. Tja, zo kun je ook je tijd doorbrengen. Bij Fietsknooppunt 13 kom ik bij het punt waar ik eerder liep Nog ongeveer een kilometer en ik ben weer bij het transferium. De uitzichttoren staat er nog steeds, maar er is niemand die van het uitzicht geniet.

Fietsknooppunten: De route start bij het plaatselijke VVV (nummer 40) en gaat dan via het Transferium naar 13 – 12 – 15 – 16 – 18 – 3 – 22 – 20 – 19 – 41 – 18 – 29 – 13 – 40.

Nunspeet – Wilde Zwijnenroute – 30 kilometer

Advertentie

2 gedachten over “Wilde Zwijnenroute

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.