Een NS-wandeling die in Vaassen begint? Waar is dan de spoorlijn om van start te gaan? In lang vervlogen tijden liep er een spoorlijn van Apeldoorn naar Zwolle. Aan die route lag niet alleen de koninklijke halte Het Loo, maar ook het noordelijker gelegen Vaassen. Delen van de oude spoorlijn zijn nog in het landschap te herkennen, al dan niet voorzien van een fiets- en wandelpad. Dit is een oude, niet meer courante, NS-wandeling.
Het begin van de route is bij een bushalte met het zicht op Kasteel Cannenburch. Het kasteel is open voor publiek, maar vanwege het vroege tijdstip is de deur nog dicht. Niet dat ik van plan was om naar binnen te gaan, dat heb ik bij andere gelegenheden gedaan, o.a. bij een kinderfeestje. Ja, wij hebben onze kinderen een cultureel verantwoorde opvoeding gegeven. Via koninklijke straatnamen kom ik aan de westkant van Vaassen waar ik het Kroondomein Het Loo binnenga. Het kan nog net, want over een paar dagen gaan dit Kroondomein dicht. In de bossen is het rustig, heel rustig. De beekjes kabbelen voort. De bomen ruisen in de zachte wind en af en toe valt een spetter regen.
Op de Valkeniersweg zie ik een zwijn in wilde toestand mijn pad kruisen, wel op gepaste afstand. Hij gaat van links naar rechts. Wanneer ik op zijn oversteekplek aankom zie ik de duidelijke sporen. Dan zie ik aan mijn rechterzijde een moeder met kleintjes in rustige draf lopen, wellicht op pad naar een ontmoeting met dat kruisende zwijn.
Bij het Boelenseveld komt een man omhoog uit het lage struikgewas. Hij is gehuld in donkere kleding en voorzien van een camera met een lange looop. Een kwartier geleden heeft hij hier gezin ree gezien, maar nu is het stil en verroert zich ree noch hert noch zwijn.
Op de Elspeterweg neem ik zitting op een paddestoel. Ik zit net voor mijn pauze of daar komt een fietsende vrouw uit de richting van Vaassen. Zij wil graag zien wat er op de paddestoel staat. Ik ontruim de plek. Wanneer ik weer kan zitten komen er scholieren uit de richting van Elspeet, een hijgende oudere mountainbiker (oftewel HOM), scholieren uit de richting van Elspeeet, nog meer scholieren uit diezelfde richting. Verder is het rustig.
Ik ga Elspeet binnen vanuit oostelijke richting. Bij het naderen van de bebouwde kom komen twee dames mij tegemoet, voorzien van rugzak, wandelschoenen, rok als deel van de stemmige kleding. Door het hernieuwde centrum van dit nijvere dorp ga ik naar de westzijde en via een rustig gelegen pad (Molenweg) kom ik bij molen De Hoop. Er zijn meerdere molens in ons land die de naam De Hoop dragen. Een molenaar, laat staan een molenmaker, dient blijkbaar hoopvol gestemd te zijn. De molen is open, voorzien van ijs, maar omdat Harderwijk nog ver is wandel ik door. Dat had ik beter niet kunnen doen, want enkele meters verderop raak ik in de war. Ik passeer het verenigingsgebouw van postduivenvereniging ‘De Zwaluw’. “Eén postduif maakt nog geen zomer.’, luidt een plaatselijk gezegde. Via een Kleine Kolonie en heide ga ik naar het westen, op weg naar Staverden.
Over Staverden valt veel te schrijven en dat hebben anderen ook enthousiast gedaan. Laat ik alleen dit opschrijven: mijn vader fietste van de zaak naar Staverden om daar de heer des huizes een nieuw costuum aan te meten, fietste weer terug, maakte dat nieuwe costuum en met dat nieuwe costuum in de kledingkist voorop de fietst ging hij weer naar Staverden. Op Landgoed Staverden is veel te zien, maar, helaas, dat costuum niet. Wel valt er te genieten van weidse gezichten over weilanden.
Mijn weg gaat verder, hoe dichter ik bij Harderwijk kom hoe ‘drukker’ het wordt met wandelaars en fietsers. Mijn weg gaat achter het Sonnevanck langs en door de Harderwijkse bossen en via bruggen steek ik drukke wegen over en kom zo in de bebouwde kom van de oude garnizoensstad. De weg gaat door de Tweelingstad (gaat het hier om een bijzonder bevolkingsproject?) en brengt mij bij het station.
Een prachtige tocht heb ik achter de rug. Dwars over de Veluwe van oost naar west, bossen, kroondomein, cultuur en af en toe een beest dat zijn of haar weg zoekt in het leven.
NS-wandeling – Kroondomein (Vaassen – Elspeet – Harderwijk) – 35 kilometer.