In de trein naar Utrecht Overvecht zoek ik een zitplaats. Ik kom schuin tegenover een jonge vrouw te zitten. Haar kleine schoudertas houdt zij op schoot. In haar linkerhand houdt zij haar mobieltje. Met haar rechterhand diept zij een staafje op uit haar schoudertas. Met de inhoud van deze staaf bewerkt zij haar wimpers, die lichte puntjes krijgen. Linkerwimper. Rechterwimper. Haar mobieltje is een spiegel aan de hand. Een station verder bevallen de witte uiteinden van haar wimpers haar toch niet. Een andere staaf diept zij op. Nu krijgt zij donkere punten aan haar wimpers. Nog een goedkeurende blik in de spiegel en dan kijkt zij uit het raam. Zij verblikt noch verbloost. Haar gezicht van begin tot einde in de plooi. Zo neemt zij afstand van haar medereizigers. Zij kan de dag beginnen. Een fort op alles voorbereid.

In Overvecht stap ik uit de trein en zoek mijn weg op een hoge trap die mij naar het straatniveau brengt. Langs adviesraden voor primair en secundair onderwijs en dan een eindje parallel aan de spoorlijn. Dan ga ik verder langs de Darwindreef en dan langs de Albert Schweitzerdreef. Langs de kant van de weg is het groen, maar meer is het niet. Drukte van het verkeer raast langs mij heen. Tegenover de Moldaudreef steek ik die ene dreef over en dan direct daarop de Gageldijk. Ik zet mijn eerste stappen in de polder van Overvecht. Ik kom langs een speeltoestel, een basketbalveld en ik zie een moeder met bakfiets kinderen uit de bakfiets halen bij de skatebaan. De kinderen lijken mij erg jong voor de skatebaan. Verder is het rustig wanneer ik wandel langs water en op weg naar Fort Ruigenhoek. Door de spijlen van het hek op de brug kan ik het fort zien. In het water rond het Fort is een zwembad dat nu helaas is gesloten. Over het Kikkerpad met weidse uitzichten kom ik uit op de Kooijdijk. Zou hier een eendenkooi gelegen zijn? Op de weg word ik ingehaald door een vrouw en hond. Zij bewegen zich voort, ergens tussen wandelen en hardlopen. Dit zou een nieuwe bewegingsvorm kunnen zijn, ontwikkeld in dit weidse land. Over de Groenedijk kom ik in bebouwd gebied. De Groenekanseweg brengt mij over spoor en snelweg. Het spoor heeft de bekende bogen, die alleen op dit traject te vinden zijn.

Ik kom door Groenekan en door het Witte Dorp, dat blijkbaar een onderdeel is van Groenekan. Aan de noordkant van het Witte Dorp volg ik een smal asfaltweggetje langs een bosstrook, de weg gaat langs sportvelden en een mooie vijver. Wanneer ik naar het zuiden afzak slaat het aantal honden en wandelaars plots aan. Het lukt mij ternauwernood om het bos uit te komen bij een smalle doorgang, waar hondenvrienden en hondenvriendinnen zich hebben opgesteld voor het doornemen van de plaatselijke nieuwtjes. Ik wandel door een ruim opgezet deel van Groenekan en kom zo terug op de Groenekanseweg. Ik kom langs Copijn. Wat zou Groenekan zijn zonder Copijn?! Voor de spoorlijn sta ik even stil. De voornaamste reden is dat er een trein langs komt. Aan de overzijde van het spoor ligt een kleine begraafplaats. Alleen bezoekers mogen hier parkeren. En dan … ga ik het Hogekampsepad op. Dan stijgt het aantal hardlopers explosief. Ik voel mij een vreemde eend in de bijt door op trage wijze voort te gaan. Op een kleine verhoging in een bocht staat een bankje, dat net is vrijgekomen. Ik ga zitten en vang een koude wind. Het uitzicht heeft te maken met de Hogekampseplas. Is dit een oude afgraving voor één of andere snelweg?

Na mijn kortstondige pauze ga ik verder tussen wielrenners en hardlopers (van beiderlei kunne). Ik zie bordjes dat er zalige koffie is te verkrijgen bij Maria. Maria ligt op mijn route. We wandelen in de tijd van Advent. Tegenover de ingang van Fort Voordorp staat een kleurrijke pipowagen. Ik ga het trapje op en doe de deur open. Binnenin zitten twee wandelaars. We praten even en dan kijk ik rond in dit gezellige huisje. Bij afname van koffie of thee of een koek kun je contact betalen of je gegevens achterlaten en dan een tikkie ontvangen. Er liggen tikkie-briefjes klaar. Buiten is een kleine Mariakapel (wel buiten blijven staan). De route gaat terug en over de Voordorpsedijk waar nog steeds de ontmoeting is met hardlopers. Ik kom uit op een plek waar de A27 en meerdere spoorlijnen strijden om het gebruik van de schaarse ruimte. Over de Bastionweg (een fietsstraat met weinig ruimte voor de wandelaar) kom ik uit bij de Kapelweg, die net niet bij de kapel uit komt. Er is wel een kerkje. een heel oud kerkje, in Fort Blauwkapel. Om daar te komen ga ik even van de route af. Het is de moeite waard om even bij het kerkje te staan. In de zomermaanden worden hier nog kerkdiensten gehouden en in de adventsperiode is er op zondag een muzikale adventsviering. Wanneer ik de Eykmanlaan oversteek kom ik op bekend terrein, want hier liep ik op de heenweg ook. Nu kan ik tegendraads wandelen naar het station van Overvecht.

Groene Wissel 011
Utrecht Overvecht
15.9 kilometer
Voor de bewegende beelden, zie:
https://www.relive.com/view/vJOKj52ERwv
Ontdek meer van Willems Wonderlijke Wandelingen
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.