
Wanneer de trein stil staat op station Klarenbeek stapt zij in en gaat schuin tegenover mij zitten. Wandelschoenen aan haar voeten. Een rugzak op de stoel naast haar en tegenover mij. Een drinkbus steekt uit een zijvak. Wanneer de trein zich in beweging heeft gezet pakt zij uit haar rugtas een wandelgids. Aan de kleuren zie ik dat het gaat om een LangeAfstandswandeling (LAW). Het is de gids van het Marskramerpad. Ze is nu op weg naar de Hanzestad Deventer en vandaar zal zij naar Klarenbeek wandelen. Dan zit er weer een etappe op. In die andere Hanzestad, Zutphen, stappen we beiden uit. Zij stapt over naar Deventer. Ik stap over naar Velp en uiteindelijk stap ik uit op station Velp.
Mijn wandeling kan beginnen, eerst naar het noorden en de Hoofdstraat oversteken. Dan kom ik in een wijk met grote huizen, veel groen en waterwerken, met zelfs een watervalletje. De Tuin van Sjef wordt bewegwijzerd, zo ook Jeruzalem. Bij de Beukenweg ga ik even naar rechts en dan steek ik over. Rechts van mij is een middelbare school, Het Rhedens, kort en krachtig. Leerlingen staan buiten in groepjes, sommigen zitten op omgezaagde boomstammen. Voor eindexamenjongelui is de eindstrijd begonnen. Ik wandel door de groen- en boomstrook en wanneer ik begin aan de beklimming van de Koningsberg loopt een groepje meiden voor mij uit. Boven op de berg doen zij hun rugtassen af. ‘Even een tussenuur?’ vraag ik. Nee, de dames hebben een opdracht voor Duits. Een meisje doet een rode doek over haar hoofd. ‘We maken een filmpje over Roodkapje.’ ‘Wie is de wolf?’ ‘Ik’ zegt een ander. ‘Pas maar op met de wolf in Gelderland’. Daarna wens ik hen veel plezier. Ik ga bergafwaarts en sla bij de Beekhuizerweg linksaf en kom uit op de Kerklaan, die zowaar een kerk als aanligger heeft. Het is het kerkgebouw van de Protestantse gemeente Rozendaal. Het enige kerkgebouw in het dorp. In het verleden heeft deze kerkgemeenschap dichtende dominees gehad. In de 19e eeuw was dat Petrus Augustus de Genestet (1829-1861), met zijn bekende: Wees jezelf // zei ik tot iemand // maar hij kon niet // hij was niemand. Het klinkt mij nog zeer hedendaags in de oren. In de 20ste eeuw was Willem Barnard van 1961-1971 de plaatselijke predikant. Als dichter was hij bekend onder de naam Guillaume van der Graft. Zijn zoon Benno publiceerde ook enkele dichtbundels.
Ik verlaat de bebouwde kom van de gemeente Rozendaal (die grotendeels uit natuurgebied bestaat en nog geen 1.900 inwoners telt) en door bosgebied van de Kapellenberg kom ik bij een oversteek over de A12. Via een landelijke entree kom ik aan de rand van de Arnhemse wijk Geitenbeek. Een mooi pad tussen twee rijen statige bomen brengen mij op schaduwrijke wijze langs de wijk. Ik kom langs een zorgboerderij, een minibieb, sportgelegenheden en een sportopleiding en een veiligheidsopleiding. Bij de opleidingen sla ik rechtsaf en dan zie ik jongelui op de atletiekbaan. Ik ga in noordelijke richting en kom via verkeerslichten en drukke wegen uit in de bossen van de Waterberg. Langs een manege en langs het wereldberoemde Openluchtmuseum dat altijd een bezoek waard is (maar nu even niet). Ik zie de hekken van de Burgers’ Zoo. Maar ik ben nu op weg naar andere werelden.

Ik kom uit op een immens uitlaatterrein voor baasjes en hun honden. Het hoort bij landgoed Zypendaal. De weg slingert en maakt hoogtemeters. Precies op 10 kilometer wandelen kom ik bij een bankje in de schaduw. Die schaduw is wel nodig want het is warm geworden. Ik heb zicht op een weiland en op het Huis Zypendaal waar het kantoor van Geldersch Landschap & Kasteelen is gevestigd. Er zijn slechtere kantoorruimtes. Verder heb ik zicht op mensen die voorbijgaan. Er komen veel mensen voorbij zonder dat ik de gedachte krijg: Wat is het hier druk! Sommigen zijn druk in gesprek, anderen zijn verzonken in het geluid dat via de oortjes binnenkomt. Anderen kijken rond. Voor elk wat wils op dit moment.

Na mijn theepauze met banaan stap ik op en loop langs het Huis, dan links aanhouden en voor het Gouverneurshuisje langs, dat ooit begon als schoolgebouwtje voor de acht kinderen van de eigenaar Brantsen. Dagelijks kwam een huisleraar langs om de kinderen te onderwijzen. Later werd dit gebouw een woonhuis. Dan kom ik over een intieme beschaduwde laan en ik zie een kleine beeldengroep met Asklepios en Hygieia en Telesphoros. Het terras van de brasserie is goed bezet en ik loop door alsof er niets aan de hand is, ik heb net gerust. Over slingerende paden met nog meer hoogtemeters. Over de beroemde waterval, waar bovenop een meisje zit vergezeld van luide mechanische muziek. Langs een hertenkamp op een helling en dan langs de witte stadsvilla Sonsbeek en het monument voor Lorentz. Ik vervolg mijn weg langs het Watermuseum, waar mensen op het terras zitten die waarschijnlijk geen water drinken. Bij de Molenplaats Sonsbeek verlaat ik het steeds weer mooie Sonsbeek. Nog een paar straten door, waaronder de Brantsenstraat, en ik ben bij de noordelijke ingang van deze stationswandeling. Ook dit is weer een prachtwandeling.

Bart van der Schagt
18 stationswandelingen rondom de Veluwe
wandel van station naar station
Anoda Publishing 2025
wandeling 12 : station Velp naar station Arnhem Centraal – 10 kilometer
Ontdek meer van Willems Wonderlijke Wandelingen
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.