Palmstad?
Ja, Palmstad.
Onderdeel van de voormalige gemeente Doorn.
Nu onderdeel van gemeente Utrechtse Heuvelrug.
Palmstad is een buurtje tussen Leeuwenburgerlaan en de Moersbergeselaan.
Wanneer wij op de laatste kilometer van onze wandeling langs de Palmweg komen spelen kinderen met hun moeder op straat en zij gooien met stevige stokken om een andere stok omver te werpen. Vader sjouwt met spullen tussen huis en auto. Net terug van vakantie of net aanstaande deze vakantiereis.
Palmstad heeft dus niets te maken met Jeruzalem waar palmtakken op de grond werden gelegd toen Jezus op een ezel de stad binnenkwam.

Wij beginnen onze wandeling aan de zijkant van restaurant Reyck. Heel vroeger was hier restaurant De Wensput (dit staat nog vermeld op de route die ik binnenhaalde op mijn TopoGPS). Via de Rozenlaan komen wij al pratend op de Stamerweg waar al snel de stilte de overhand krijgt. In een bos is het extra opletten om de juiste route te volgen. We krijgen mooi zicht op de achterzijde (of is het toch de voorzijde?) van Jachthuis Beukenrode. Een toren steekt er bovenuit. Je kunt hier trouwen, vieren en vergaderen. Of er nog jachtmogelijkheden zijn is mij niet bekend. Verder is het Korps Mariniers hier ook aanwezig met een onderkomen inclusief bar. Het is hier verboden terrein. Of gaat het hier om bedrijfsuitjes waarbij je onder andere de militaire dienstplicht (her)beleeft? In het bos komen wij twee stille gebouwen tegen, waarvan er één in de steigers staat. Wat is dit? Een geïmproviseerde parkeerplaats wordt aangegeven met het bordje: prevéparkeerplaats. Worden hier alfabetiseringscurssussen gegeven? (Later kom ik er achter dat dit het Boswijk Instituut is.) Er is meer te doen op dit landgoed. Een activiteit wordt aanbevolen door Jordan Peterson en Wim Hof. Nog is niet alles genoemd wat hier te doen is. Er is ook een school die voorbereidt op het MBO. We verlaten de noordzijde van de Driebergsestraatweg en duiken de Doornveltlaan in. Doodlopend voor auto’s, dat is een prettig vooruitzicht. Dit gebied heet Nieuwe Sterkenburg. We volgen het Zandspoor en volgen de Sterkenburgerlaan naar het zuiden.

Waar de asfaltweg afbuigt en van naam verandert gaan wij rechtdoor over een beschaduwde onverharde weg. We passeren een Kinderopvang en een zelfstandige zorgboerderij en verheugen ons in de Gooyer Wetering. De Dwarsweg laten wij links liggen en wij gaan door in de schaduw van de Zwarteweg. Langs ons loopt het water van de Snel. We komen uit op de Langbroekerdijk. Aan de overzijde van de Wetering zien wij een bankje met zicht op het groen en op een hut op palen op een erf. Later gaan we tegenover twee gelijkende boerderijen het terrein op van landgoed Sterkenburg met het kasteel en een imposante duiventil. Ja, dat laatste was een beschermde hobby van de gegoede klasse. Bij het schrijven van deze wandelimpressie kom ik er achter dat Lief en ik hier eens zijjn geweest en naar binnen mochten in het kasteel. Rondgeleid door de bewoners. Misschien was het tijdens een Open Dag of Monumentendag. Wanneer we de route volgen stuiten we heel snel op een groot bord waarop staat: “Dit landgoed behoort NIET bij Kasteel Sterkenburg. U bent hier te gast, dus wij verzoeken u zich ook als gast te gedrage. NIET langs bordjes verboden toegang gaan. Hond aangelijnd!” Waar wij over dit landgoed van een onbekende wandelen, ziet Henk plots een ree, die langzaam het graspad oversteekt. De blik is naar ons gekeerd. De spiegel is duidelijk te zijn. De ree wacht. Wij wachten. Dan verdwijnt de ree in het bos. Wij verdwijnen niet en gaat verder en zien geen spoor meer van het wild. Kort daarop komen wij door een gebied dat De Krim heet. Het is hier vredig. Het gebied is bezet door een rustgebied. Dwars door dit gebied mogen wij te voet verder gaan. Vlak voor de De Lage Leemkolk houden we links aan en stevenen we af op een volgende boerderij. Nee, het is toch geen boerderij , maar een complex met allerhande bedrijven langs de Korte Zuwe. Een dure automobiel staat half op de weg, half in de berm geparkeerd. Er is niemand bij.

Wij steken zonder problemen de N229 over en ontmoeten de Kromme Rijn. We gaan in oostelijke richting op een parallelweg. Onder bomen en op een bankje nemen we een pauze. Het verkeer op de N229 (die Graaf van Lynden van Sandeburgweg heet) raast door, op de parallelweg zijn het met name fietsers. Op de Kromme Rijn gaan twee kanoërs richting Utrecht. Aan de overkant ligt de route van het Kromme Rijnpad, dat loopt tussen Utrecht en Wijk bij Duurstede. Het wordt tijd om verder te gaan. We steken de weg over en gaan niet door het grote ijzeren hekwerk, maar door een klein poortje in het groen dat toegang geeft tot het landgoed. Wanneer je het niet weet ga je het zo voorbij. Alleen wandelaars mogen er door. Het pad dat zich verbreedt brengt ons naar Kasteel Hardenbroek, dat wij op afstand bewonderen. Links en rechts van het hoofdgebouw staan twee gebouwen, waarin woningen zijn en waar vroeger een koetshuis geweest zal zijn. Een jonge man rijdt op een grasmaaier heen en weer en dan weer heen en weer. Het leven kan zo eenvoudig zijn. Het Kasteel wordt bewoond door een oud-bankier en zijn vrouw. Wij lopen met rechte lijnen om het kasteel heen. We volgen een pad dat naar het noorden gaat tot de Langbroekerdijk. We volgen de dijk, met gelukkig niet zo veel verkeer, in de linker richting. Op het bruggetje dat wij oversteken lunchen twee fietsers uitgebreid. Zij schuiven een deel van de lunch opzij zodat wij verder kunnen. Links van ons is de Vaart tussen Leeuwenburg en Sterkenburg. Het zou mij niet verbazen wanneer de mensen in de buurt dit de Vaart noemen. Het pad tussen Vaart en heining is lastig begaanbaar, onregelmaltig, begrasd. Oppassen dat linkervoet of rechtervoet niet in een gat terecht komt. Dan een haakse bocht en een smal pad. Links prikkeldraad, rechts prikkeldraad. Niet maar één draad, soms wel vier draden tussen de palen. Eén verkeerde stap en je hangt in het prikkeldraad. Door de Gooyermeent en dan zijn we op de Gooyerdijk en dan gaan we langs het Arboretum van Doorn, oftewel het Nationaal Bomenmuseum Gimborn. Ik vertrouw op Henk voor de bomenkennis, maar hij maakt de verbinding tussen Gimborn en inktpotjes. Het museum is aan onze kant omringd door hoge hekken. Wij gaan de bossen van landgoed Moersbergen in. Er is ook een kasteel Moersbergen, maar daar komen wij niet in de buurt. We nemen met het einde in zicht nog een pauze op een boomstam naast een droge greppel. Het houten bruggetje ligt doelloos tussen de ene en de andere oever. Over de Leeuwenburgerlaan komen we langs Palmstad en nog even en dan zijn we bij Grand Café Reyck aan de drukke weg. Om het aantal gasten op het terras te verhogen besluiten we om op het terras plaats te nemen. We worden hartelijk welkom geheten. Drinken wordt gebracht. Bitterballen worden gebracht. Henk hoeft geen ijs.
We hebben een mooie tocht achter de rug.

Trage Tocht Doorn Palmstad
16 kilometer
Ontdek meer van Willems Wonderlijke Wandelingen
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.