“De wind gaat naar het zuiden
en draait naar het noorden.
Al draaiend en draaiend
gaat de wind,
en al draaiend
keert de wind weer terug.”
Deze woorden kom ik tegen de dag nadat ik Uitwaaien van Renske Jonkman heb gelezen. De wind waait alle kanten op en gaat weg en komt terug. In de verhalen van Renske komt de wind meestal uit het zuidwesten en waait tot stormachtige hoogten. Zij probeert de wind vast te leggen in haar woorden en verhalen. Zij steekt haar handen uit, draait haar gezicht naar de wind en proeft de kracht die over het vlakke vlakke polderland gaat ten noorden van Amsterdam. Toen wij aan de noordkant van de Zaanstreek woonden zeiden Wandellief en ik tegen elkaar bij het passeren van de hoofdstad en met de koers noord: het waait weer. Geuren van de zee, de cacoa en de Lum.
Renske Jonkman groeide op in Heerhugowaard met aandacht voor het buitenleven met passerende winden, daarna jaren in Amsterdam, met nauwelijks zicht op de luchten en de wolken die een spoor van vermoedens trekken naar de toekomst. De vrijheid in deze stad blijkt schijn. In 2015 verlaat zij de stenen wereld en keert terug naar haar polders en strijkt neer in een polder bij Alkmaar. Daar woont zij nu met de haren in de wind in een huis dat virtueel onder water ligt, met haar man en drie dochters. Zij kan weer kijken naar de luchten en de wind die van het zuidwesten komt en zijn weg zoekt over het ruime vlakke land.
Haar lofzang op de wind en het vlakke land heeft Renske ondergebracht in drie fasen: de opkomende wind, de storm en de luwte. Zo wil zij leven met de wind en de wind in haar leven inzichtelijk maken. Zij waait van verleden naar heden, maar zij waait niet met alle winden mee. Zij staat op haar trappers om naar school te fietsen met haar dochters. Een rechte lijn op de lange polderweg. Zij verhaalt van haar oudere broer, die het water oversteekt om in Groningen te studeren en die in windstilte terugkeert. Zij deelde met hem het buitenleven en de wind. Op een Pinksterdag, de dag als van wind en vuur, vertelt haar vader dat haar broer is gesprongen. Het verleden zal nooit meer hetzelfde waaien.
Renske verhaalt over stormen over hun huis. Wandelen op het strand tegen de wind in, over trekvogels die als vrienden van de wind zijn. Over overstromingen als de Allerheiligenvloed in 1570, de Watersnoodrampm van 1953, over verdronken dorpen en dijken. Zij schrijft teder over haar dochters die opgroeien in de luwte van moeder wanneer stormen razen.
Renske Jonkman heeft een lofzang geschreven en ik neurie zachtjes mee, soms tegen de wind in. Zelfs een storm klinkt bij Renske als een zachte warme bries.

Renske Jonkman
Uitwaaien
Lofzang op ons vlakke land
uitgeverij Nijgh & Van Ditmar 2023
ISBN 9789038812885
176 pagina’s
Dit boek heb ik ontvangen van de uitgeverij voor een recensie op mijn wandelwebsite.
Ontdek meer van Willems Wonderlijke Wandelingen
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.